Het jaar 2018 was in het Rijngebied gekenmerkt door een uitgesproken neerslagtekort in de maanden februari t/m november. Eerst was er in de kleinere wateren en later in het jaar dan ook in de gehele Rijn sprake van een markant laagwater dat in deze vorm sinds nagenoeg vijftig jaar niet meer was opgetreden. Het laagwater ging in augustus gepaard met hoge lucht- en watertemperaturen en leidde tot ecologische belemmeringen en beperkingen in de bedrijfsvoering van waterkrachtcentrales. De laagwatergebeurtenis bereikte zijn piek in oktober en november. Wat de laagwaterafvoeren betreft, kan de gebeurtenis aan de zuidelijke Duits-Franse Bovenrijn worden geclassificeerd als een “zeldzame” gebeurtenis met een herhalingstijd van vijftien jaar en voor de rest van de Rijn vanaf Worms als een “zeer zeldzame” gebeurtenis met een herhalingstijd van ongeveer veertig jaar. Met betrekking tot de laagwaterduur was er aan de Duits-Franse Bovenrijn en de Middenrijn sprake van een gebeurtenis met een herhalingstijd van ruim vijftig jaar en voor de Rijn benedenstrooms van de monding van de Moezel van een “extreem zeldzame” gebeurtenis met een herhalingstijd van goed honderd jaar. Naast de ecologische schade werd vooral de economie geraakt door verminderingen in de productie en sterk gereduceerde vervoersmogelijkheden op de waterweg.
Rapport 263 geeft een overzicht van de kenmerken van de laagwaterperiode in de Rijn van 2018, de gevolgen darvan en de genomen maatregelen.