Overstromingspreventie ligt in het spanningsveld tussen lokale en supraregionale belangen. Het lokale belang om het water weg te houden van het eigen grondgebied en het supraregionale belang van de benedenstrooms gelegen gebieden om het water zo ver mogelijk bovenstrooms te houden, kunnen alleen met elkaar in overeenstemming worden gebracht als er sprake is van wederzijdse verantwoordelijkheid en erkenning van de onderstaande vijf grondbeginselen van preventieve bescherming tegen overstromingen.
1. Water hoort erbij
Water maakt overal deel uit van de natuurlijke balans en heeft zijn plaats in het gebruik van de ruimte. Er moet op alle beleidsterreinen rekening mee worden gehouden.
2. Water vasthouden
Water moet zo lang mogelijk worden vastgehouden in het hele Rijnstroomgebied en in de Rijn.
3. Ruimte voor de rivier
We moeten de rivier weer meer plaats geven voor een vertraagde, ongevaarlijke afvoer.
4. Zich van het gevaar bewust zijn
Ondanks alle inspanningen blijft er altijd een restrisico bestaan. We moeten weer leren leven met dit risico.
5. Geïntegreerd en eensgezind optreden
Geïntegreerd en eensgezind optreden in het hele stroomgebied is de sleutel tot het welslagen van het Actieplan Hoogwater en tot de succesvolle implementatie van de EG-Richtlijn over overstromingsrisico's.
de schade in geval van extreem hoogwater over de volledige lengte van de Rijn 165 miljard euro zou kunnen bedragen?