Voorbeelden van maatregelen ter bescherming van het water die in de landbouw kunnen worden genomen zijn teeltvrije oeverzones, ondergroei bij wijnbouw en maïsteelt, heggen tegen erosie en afspoeling van intensief gebruikt landbouwgebied. Deze maatregelen bieden ook bescherming tegen wind en verminderen daardoor het verwaaien van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Akkers in uiterwaarden van beken en rivieren dienen zoveel mogelijk te worden omgevormd tot weideland; de oeverzone is gereserveerd voor bermen.
In uiterwaarden moet weidebouw de voorkeur krijgen boven akkerbouw; van akkers worden per hectare immers tonnen humusgrond afgespoeld en van weiden slechts een fractie daarvan. Aan veel beken zijn in het verleden waterbouwkundige maatregelen genomen om de akkers erachter te beschermen tegen overstromingen. Volgens huidige inzichten moeten zulke ingrepen worden voorkomen en waar mogelijk ongedaan worden gemaakt.