In de talloze biotopen aan de Rijn en zijn zijrivieren leven honderden planten- en diersoorten.
Elke soort is aangepast aan de bijzondere ecologische eigenschappen van zijn biotoop, aan de watertemperatuur en de stroomsterkte, aan het zuurstof- en nutriëntengehalte.
Van de aanwezigheid van een bepaalde soort kan de ecologische toestand van de biotoop worden afgeleid. Daarom is een aantal vissen en andere typische waterorganismen aangewezen als indicator voor de ecologische toestand. Ook plankton en watervogels spelen een belangrijke rol.
De laatste biologische inventarisaties hebben uitgewezen dat zowel bij de vissen als bij de ongewervelde bodemdiertjes (onder andere slakken, insectenlarven en schelpdieren) veel soorten die (zo goed als) uitgestorven waren in de Rijn zijn teruggekeerd.
Ondanks deze successen zijn de huidige levensgemeenschappen verre van stabiel.
Het kunstmatige en eentonige karakter van de Rijn en zijn zijrivieren zorgt ervoor dat ubiquisten en uitheemse soorten die weinig eisen stellen aan de ecologische kwaliteit welig tieren. Om de biologische diversiteit te vergroten, moeten de rivieren weer natuurlijker en gevarieerder worden.
Meer informatie over de fauna en de flora in de Rijn vindt u in ICBR-rapport 280.
er in 1966 heel even zelfs een walvis leefde in de Rijn?
De beloega kreeg de naam “Moby Dick” en werd een maand lang in de rivier gesignaleerd. Hij zwom de Rijn op naar Bonn en daarna weer terug naar de Noordzee.
Vandaag de dag herinnert een van de rondvaartboten met vertrekpunt in Bonn, het passagiersschip “Moby Dick“, aan deze bezoeker uit de Noordzee.